De ironie van het spel Guillotine
Bij het zien van het spel Guillotine gaat mijn geschiedenis hart als historicus een beetje sneller kloppen. Ik trakteer daarom ieder die het horen wil op een passende anekdote:
‘Het liefelijke Frankrijk van de 18e eeuw. Koning Lodewijk de zestiende had bedacht dat de galg toch echt een barbaars en ouderwets executiemiddel was. Hij gaf meneer Guillotine de opdracht een moordmachine te ontwerpen waar de slachtoffers nagenoeg geen pijn ervoeren. En voila, de Guillotine was geboren! Gedurende de Franse Revolutie maakt de Guilliotine overuren, en ironie komt om de hoek kijken als uiteindelijk Lodewijk zelf onder het mes beland. Zo ging dat vroeger.’
Het spel Guillotine vertelt het verhaal van de Franse Revolutie zonder dit verhaal te vertellen. Dit is knap en een leuke toevoeging aan het spel. Ben je bekend met Marie Antoinette, Robespierre en andere mindere goden uit die tijd, dan is het spel een feest van herkenning. Daarnaast geeft dit het spel een (kleine) educatieve lading voor mensen die hier niet bekend mee zijn, zonder dat het inspanning kost.
Wie is de beste beul?
Het is dringen geblazen bij de guillotine. Edelen, geestelijken, de bureaucratie, legerlieden; ze gaan allemaal voor de bijl. Een voor één mogen de spelers de vermeende slechteriken een kopje kleiner maken. Echter, er is meer roem te behalen bij het onthoofden van een generaal dan een poortwachter. Wil jij gezien worden als de beste beul, dan wil jij de grootste ‘schurken’ van het ancient regime op je naam hebben staan.
Hier begint het spelelement bij het spel Guillotine. Op talloze manieren kun jij edelen in de rij laten struikelen, verleiden of naar achteren sturen om zelf die ene grote naam te mogen onthoofden. Het is een snel spel waar je de ander goed kunt dwars zitten. Let’s play Guillotine: